Little Italy is ontstaan rond 1880, toen immigranten uit Napels en Sicilië zich in groten getale in dit deel van New York City vestigden. Vroeger was Little Italy veel groter dan nu. Het liep helemaal van Canal Street tot aan Houston Street, en omvatte het hele gebied tussen Lafayette Street en de Bowery. Van de eens zo grootse Italiaanse enclave is nu weinig meer over; alleen de wijk rondom Mulberry Street mag zich nog Little Italy noemen.
De Italiaanse trots is echter overeind gebleven, en dat is goed te merken tijdens het jaarlijkse feest van San Gennaro. Verder vind je in Little Italy de beste Italiaanse restaurants van de stad, waar ze overheerlijke verse pasta serveren. Maar Little Italy biedt meer dan alleen lekker eten, er zijn ook veel hippe kledingzaken en gezellige cafés.
Ik breng altijd een bezoek aan Little Italy. Er zijn veel leuke en goede restaurants in Mulberry Street, maar eigenlijk ga ik altijd naar Ristorante Da Gennaro, waar ik bij voorkeur steeds aan dezelfde tafel ga zitten.
Na het eten loop ik door naar mijn vaste koffietent Caffè Palermo, waar mijn gezelschap een cappuccino bestelt, en ikzelf zoals gebruikelijk een kopje thee drink. Ook hier kijk ik altijd eerst of ‘mijn tafel’ nog vrij is, om daarna te genieten van de sfeer en gezelligheid op straat.
Het is zeker de moeite waard om naar Little Italy te gaan. De leukste maanden zijn van mei t/m december. Vanaf het voorjaar worden de terrastafels buitengezet, zodat je gezellig ‘al fresco’ kunt eten. De kerstperiode, die vanaf eind november begint, is ook een mooie tijd om Little Italy te bezoeken. De vele lampjes en versieringen geven de straten dan een warme, romantische uitstraling.